December, laat me slapen. Mijn droom is nog niet af, hoe raakte ik nu weer verzeild in regen en tegenwind?

Ik ben jaloers op de bomen langs de weg. Zij kregen een dekbed van verse boomschors en korstmos, zij mogen slapen tot het voorjaar.

Ik trap me door de vroege ochtend, met kans op gladheid bij op- en afritten van bruggen en viaducten. Vooruit, richting stad. Het is nu half negen en ik ben pas bij de poorten. Zo noem ik de populieren die links en rechts in stellen langs mijn route staan, langs het fietspad door de veldjes, trots tot Beatrixpark gedoopt.

Links staat een viertal populieren fier bij het pad naar Lunet numero vier. Op zomeravonden klinkt hier luidkeels gekwaak van onzichtbare kikkers.

Rechts staat de andere poort, gebouwd van twee populieren.

Ik zie het weer, even na half negen, de rietkraag, de twee paarden, het fort met bomen, de spoordijk op de horizon. Ik kan het uitzicht dromen.

Landschap `De Vier Jaargetijden’. Nu zijn de poorten niet meer dan kale pilaren, maar mooi in het blad zijn het wuivende penselen bij hun schilderij. Altijd staan ze klaar voor bijvoorbeeld een beetje extra geel in het riet bij zonsondergang, wat lichtgroen voor een graspol of een streek voor de trein die langskomt. De lucht met wolken komt nooit af.

Door die hoge lijst van populierenhout kijk ik telkens even hoe het seizoen vordert en of het leven daar gelijk loopt met de kalender. Het klopt: de laatste bladeren worden afgescheurd. Het is december en de populieren wachten op de ware vorst. Dan etsen ze met rijp en ijspegels een wit winterlandschap op het park. Nu krabt de schilder de verf weg van het afgelopen jaar.

De bomen dromen van een piek en engelenhaar. Nette Nul wordt pas weer wakker als de sneeuwklokjes luiden.


Dit was NETTE NUL #3; jaargang 8 Nummer 9, oorspronkelijk verschenen op 20 december 1996. We naderen het slot van de Nette Nul cyclus. Hierna nog twee waarin duidelijk wordt waar het over gaat en dat was het. De niet opnieuw gepubliceerde afleveringen vind ik niet leuk (meer).

Ilustratie: Merel de Groot

Tussen 1990 en 1993 verscheen dhr. Nette Nul twintig keer in De Lunet, een uitgave van Stichting Welzijn Lunetten. De krant werd huis-aan-huis verspreid in de Utrechtse wijk Lunetten.

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.